Wednesday 20 May 2015

Als de dood.

Je zou mij een nostalgisch type kunnen noemen. Een melancholisch persoon. Sentimenteel zelfs.
Ik kan weemoedig worden van de aanblik van een hoogbejaard echtpaar dat zich gearmd door de drukte worstelt. Aan elkaar vast geklampt trotseren ze het chaotische centrum van Amsterdam.
Iedereen lijkt gehaast, geïrriteerd. Niemand interesseert zich voor hen.
Ik word droevig van een hond die zijn baas kwijt is. Een schurftig  beest wat eenzaam door de straten draaft. En ik word neerslachtig van een grote omgehakte boom in het park. De ontelbare groene blaadjes lijken vergeefs om hulp te roepen.
Ik word somber van een regenachtige dag waarop het niet licht wordt , het liefste verschuil ik me treurig onder de dekens.
Ook houd ik niet van Oud en Nieuw omdat het jaar nu echt voorbij is.
In mijn boekenkast heb ik een omvangrijke stapel fotoalbums liggen, van die ouderwetse, waar de foto's nog met de hand ingeplakt zijn. Maar ik durf er nooit in te kijken omdat ik verdrietig word bij de beelden. Foto's uit de tijd dat mijn lief en ik nog jong en smoorverliefd waren. Beelden van mijn kinderen als baby. Ons eerste huis. Mijn trouwdag. Ik krijg er tranen van in mijn ogen.
Afscheid nemen is iets wat ik niet graag doe. En van herinneringen word ik emotioneel. Ik ga ze zoveel mogelijk uit de weg. Ik geef graag toe dat ik hypocriet ben, een slappeling zelfs, of een lafbek.

Op vakantie gaan is dubbel.Het is heerlijk om er een paar weken op uit te gaan om geweldige dingen mee te maken. Maar niets vervliegt zo snel als een zomervakantie en voor je het weet zit je op een inktzwarte ijskoude winteravond naar de foto's te kijken. Hoe is het mogelijk?
Sommige mensen nemen daarom zoveel mogelijk souvenirs mee. Om het "vakantiegevoel"nog even vast te houden. Flessen Limoncello, potten eendenlever, zakjes lavendel voor in de linnenkast, schelpenverzamelingen om collages van te maken.
Maar eenmaal thuis smaakt de Limoncello minder zonnig en is de eendenlever niet zo verfijnd. De lavendel lijkt muf  en de schelpen ogen op de fruitschaal toch anders dan op het stralende witte strand.

Soms ben ik net een nukkig kind. Een kleuter die niet naar school wil maar het liefste voor altijd bij haar moeder op schoot wil blijven zitten. Veilig, warm, vertrouwd. Ik wil alle verandering uit de weg gaan.
Maar ik kan niet anders; leven is bewegen, veranderen, voortgaan en accepteren. Al gauw word ik aan mijn arm naar school gesleurd, schoppend en slaand: NEEEEE gillend. Ik wil naar huis, naar mijn poppen.
Maar ik moet toch verder.
Ik wil niet, maar ik moet.

Leven is reizen.
Sommige bestemmingen zijn niet gepland, sommigen zijn spontaan, sommige gevaarlijk en sommige bereik je nimmer. Sommige eindigen elders, op idiote plekken.
Maar er is geen reisgids, geen keuzemogelijkheid. Je moet het zelf doen.

Mijn baby's zijn groot worden, mijn katten zijn geen kittens meer zijn en mijn ouders zijn bejaard. Mijn emoties zijn stabieler dan ik me ooit in mijn jeugd had kunnen voorstellen. Mijn huis is aan kant en mijn relatie is een veilig anker.
Ik heb alles op orde. Ik ben gelukkig, tevreden.
Maar ik ben ook bang
Ik ben bang als ik terug kijk. De weg die ik afgelegd heb is lang. Wie weet hoe lang mijn reis nog duurt?
Ik denk dat ik gewoon bang ben voor het einde. Bang om in het niets te verdwijnen.
Maar ik zal toch verder moeten. Ook al wil ik wel blijven waar ik nu ben.
Maar tegen sputteren heeft geen zin.
Ik wil niet, maar ik moet.