Tuesday, 14 May 2024

Burn baby BURN

Het is november. Het regent al dagen, en niet zo'n beetje ook. De slagregens veroorzaken enorme plassen en in Amsterdam kan het water niet meer weg. Wanneer ik mijn vader en zijn vrouw opgehaald heb uit het ziekenhuis rijden we door de donkere straten die blank staan, naar huis. Het lijkt alsof we door een rivier heenrijden. Ik kan me niet herinneren zoveel water in de stad te hebben gezien.  Mijn vader zit naast mij en praat honderduit. De ingreep in het ziekenhuis is geslaagd. Hij is opgetogen. We weten dan nog niet dat hij binnen drie dagen zal komen te overlijden.

Het korte intense ziekbed van mijn vader, de verbouwing waar we al drie maanden inzitten, en het vele nachtelijke werk begint me dan al zo op te breken dat ik constant moe ben, en wanneer ik eenmaal in bed lig, ik niet kan slapen. Wat gebeurt er toch met me? Als ik niet beter zou weten, zou ik denken dat ik zwanger was, want ik huil om alles. Alles komt keihard binnen en het lijkt of alle filters verdwenen zijn.  En niet alleen emotioneel ben ik aan diggelen maar ook fysiek lijkt mijn lijf kapot. 

Maar ik ben sterk. Ik ben geen zeikerd. Een burn out is voor al diegenen die geen ruggegraat hebben. Voor diegenen die altijd wel iets te zeiken hebben. Diegenen die tegen mij aan lopen te zeuren. Mij nooit vragen hoe het met me gaat. Het lijkt wel alsof iedereen om mij heen zwak, ziek en misselijk is.

Het maakt me boos en ik voel me eenzaam.  Ik voel me depressief en onaantrekkelijk. Maar ik kan me nog steeds zo naar de buitenwereld presenteren dat het anders lijkt, en het grappige is dat iedereen er in gelooft.

Ik zeg tegen mezelf: Ik ben sterk en ik ben geen zeurpiet, geen jankerd, geen klager. Ik ga gewoon door. Ik moet door. Opgeven is voor losers.

Het flauwvallen gebeurt intussen steeds frequenter. En ik kan haast niet eten wanneer ik een belangrijke klus heb. Het kleine beetje eten dat ik erin krijg kots ik weer uit. Ik ben boos op mijn lijf. Boos op mijn omgeving, en boos op mijn vader die zomaar dood is gegaan. En ik ben boos dat ik steeds zo verdrietig ben. Ik ben niet leuk zo. En ik moet toch wel ergens van kunnen genieten? Ik vind mezelf ondankbaar. Waarom kan ik het niet meer leuk hebben? 

Dan, als laatste druppel wordt mijn oudste dochter weer psychotisch.  Het begint weer. De verwijten, het geschreeuw. De ongelooflijke woede. Naief als ik ben, had ik dit niet meer verwacht..Ik dacht dat het eindelijk beter ging.

En daar ga ik weer. Ik probeer met haar te redeneren, het te relativeren, haar te troosten, te sussen. Ik zeg dat het met mij ook niet zo goed gaat. Dat lijkt het gedrag alleen maar te triggeren: 

Ze zegt dat ze mij kapot wil maken. Dat ze daar alles voor over heeft. Dat ze een overdosis gaat nemen. Om mij te kwetsen.  Want ik ben een kut moeder, een aansteller, een egoïst. De whatsappjes blijven maar binnenkomen. Achter elkaar.

Afgewisseld door telefonische oproepjes. Wanneer ik haar blokkeer, belt ze me met een ander nummer. Ze zegt dat ze hoopt dat ik heel veel verdriet zal hebben, als ze er straks niet meer is. Ze lacht hard.

Slapen lukt nu bijna helemaal niet meer, en als ik al slaap word ik vaak volledig in paniek en huilend wakker. Ik ben echt bang dat ik mijn verstand ga verliezen.

Dan besluit ik dat het genoeg is. Ik stop voorlopig met werken, zet mijn sociale verplichtingen on hold en geef aan dat het niet goed met mij gaat. Want ik kan niet meer.

Nee, een echte happy end is er nog niet. Wel een burnout, een emotioneel trauma en enorm veel verdriet.

Maar er zijn ook lichtpuntjes. Familie die voor me wil zorgen en een paar vrienden en vriendinnen. Een paar. Maar veel meer heb je niet nodig om je gesteund te voelen.

De zon schijnt. De kat spint, de tuin staat in bloei en de lucht is blauw. En ik begin langzaam met mezelf weer op te bouwen.

Want ik ben sterk.