Thursday 3 November 2016

Zusters

Van sommige prentenboeken kon ik als kind geen genoeg krijgen. En van sommigen zie ik de kleurige plaatjes nog voor me: De beeldschone Assepoester met de baljurk van mijn dromen, de listige gelaarsde kat met zijn dijhoge laarzen. De stadsmuzikanten uit Bremen die op elkaars nek klommen om de rovers aan het schrikken te maken. De boosaardige wolf in de ouderwetse nachtjapon van grootmoeder. Roodkapje met haar mandje met bloemen, en tenslotte de lichtelijk blasé stadsmuis die  bevriend is met de schichtige veldmuis die zo zijn vraagtekens zet bij het gevaarlijke stadsleven.
Mijn moeders schoot was groot genoeg om ons beiden een plekje te bieden en we luisterden met gespitste oren hoe de wolf Roodkapje verslond en over de gelaarsde kat die opschepte over de Markies van Carabas.
Natuurlijk konden we niet weten dat wij, de twee zusjes, veel zouden gaan lijken op de twee muisjes uit de fabel van LaFontaine.
Ik realiseer het me pas wanneer ik met mijn nieuwe hoge hakken wegzak in de modder op het erf. De boerderij staat te midden van uitgestrekte velden en akkers. Hier woont mijn zuster met haar man. Ze hebben paarden, kippen, een hond en een enorme hoeveelheid katten.
Er is dichtbij een dorp met een kleine supermarkt, een feestzaal,een Chinees restaurant en een snackbar. Verder is er niet veel. Afgezien van enorm veel ruimte, rust en natuur.
Ik houd van de stad. Mijn zus niet.
Ik heb kinderen. Mijn zus paarden.
Ik houd van uitgaan en ga vaak pas tegen het ochtendlicht slapen. Dat is ongeveer het moment dat mijn zus opstaat om de dieren te voeren.
In de verte, bij de rand van het weiland zie ik mijn zus staan. Ze draagt een slobber trui, een paardrijbroek en laarzen.
Ik voel me enigszins ongemakkelijk wanneer ik onhandig uit de auto stap. Als een heupwiegende Patsy van Absolutely Fabulous die met een mentholsigaret bungelend in haar mondhoek en gekleed in een Chanel jasje, een strakke kokerrok en hoge designer schoenen "Hello darling" roept.
Ja, we zijn totaal verschillend en soms is het moeilijk om de overeenkomsten te blijven zien.
Maar sinds mijn moeder ernstig ziek is zijn de verschillen op wonderbaarlijke wijze kleiner geworden en de overeenkomsten weer duidelijk zichtbaar.
Mijn zus is weer dichtbij, ook al woont ze ver weg.Ik ben blij dat we het verdriet kunnen delen. Kunnen praten. Dat we elkaars hand kunnen vasthouden.
Net als vroeger.
Mijn moeder. Haar haren zijn wit. Haar schouders zijn ongelooflijk smal geworden. Maar haar ogen glinsteren weer een beetje.
Vroeger was haar schoot breed genoeg voor ons allebei. Zo las ze ons voor: van de Wolf en Roodkapje, van de zeven geitjes, Hans en Grietje en de heks. En van twee muizen.
De stadsmuis en de veldmuis.


No comments:

Post a Comment