Tuesday 6 June 2017

Bespiegelingen.

Gisteren hebben we je binnen gezet. Ik zat al een paar weken op je te wachten en had me al vaak afgevraagd of je wel in mijn interieur zou passen. Het oude hout tussen de moderne meubels,  het glanzende wit en het zwarte leer.
En nu was het dus zover. Het voelde haast als een ritueel.Je bent al jaren in onze familie, maar voor mijn ouders je kregen was je het pronkstuk van een ander gezin. Van mensen die ik nooit gekend heb. Eigenlijk was je al oud toen je in ons ouderlijk huis kwam te staan.
Als kind heb ik altijd al van je gehouden. Ik vond je mooi en indrukwekkend. Ook bij ons thuis was je het middelpunt. Mijn moeder hield niet van "prullaria" en al teveel decoratie, maar ze was wel gek op haar antieke meubels. Teveel spulletjes betekenden in haar ogen alleen maar meer afstoffen en opruimen. Iets waar ze geen groot liefhebster van was. En dat is een understatement.
Wellicht dat ik daarom totaal tegenovergesteld ben. Als kind al hing ik enorm aan de geringe opsmuk die we in bezit hadden: Elk vaasje, ieder beeldje, elk spaarzaam ornament dat ik kon vinden stofte ik af en koesterde ik.Toen ik eenmaal volwassen was en zelfstandig woonde had dat een obsessieve verzameldrang tot gevolg. Die uiteindelijk resulteerde in een imposante verzameling glaswerk en curiosa waar de gemiddelde handelaar zelfgenoegzaam mee zou koketteren.

De kast waar ik zo dol op ben is met ambachtelijk vakmanschap vervaardigd en bestaat uit twee losse delen: Vier kromme poten waarop  een dikbuikig onderstel rust:twee smalle kastjes aan weerszijden en een brede in het midden. Daarboven een lade. De deurtjes bevatten allen sleutelgaten waarvan -wonderlijk genoeg- de sleutels allemaal nog aanwezig zijn. .Aan de sleutelgaten hangen koperen druppels, ter versiering. 
Bovenop het onderstel bevindt zich een los opzetgedeelte waar twee glazen vitrinekastjes een geslepen spiegel omlijsten. Een spiegel waar je even achteloos een blik in kunt werpen wanneer je de tafel aan het dekken bent. Ik zie in gedachten hoe mijn moeder nonchalant haar kapsel in model duwt wanneer ze in de spiegel kijkt. 
Wie zouden door de jaren heen nog meer in de spiegel in hebben gekeken? Zoveel verschillende gezichten, zoveel herinneringen liggen er in de kast verborgen. Wellicht ligt de schaduw van de afbeeldingen nog achter het spiegelglas verborgen. En misschien, wanneer het onweert en bliksem de kamer verlicht komt zo'n gezicht even tevoorschijn. Heel kort. Een fragiele schaduw.
De beeltenis van mijn moeder, die even haar haren schikt.
Even tersluiks, voor ze weer verder gaat met de dingen die ze moet doen.

Het oude hout vertoont hier en daar wat slijtage. Onverhoeds zijn er ooit te hete potten en pannen bovenop gezet, of vazen met natte voeten. De kast heeft het allemaal gelaten ondergaan. Gelaten en liefdevol. 
Net zoals ze nu haar plaats in het nieuwe huis inneemt. Mijn huis. Aanvankelijk als een vreemde. Een op het eerste gezicht zonderlinge figuur uit een ander tijdperk. Maar geleidelijk zal zij haar plek vinden. Zal ze vertrouwd raken in de nieuwe omgeving.
Die eerste nacht staat de kast onwennig in mijn kamer. Ze is helemaal ingericht, gepoetst en gedecoreerd. Het hout zucht. Het spiegelglas licht even op. De poten kraken. 
Ze staat er wat weemoedig bij.







No comments:

Post a Comment